Enkele tellen na haar vraag om wat sterks en nog voor ze het zelf goed en wel door had, voelde ze wat ze écht nodig had: Neils arm om haar heen. Hij, die haar dicht tegen zich aantrok.
Automatisch, zonder nadenken legde ze haar armen ook om hem heen en liet ze haar hoofd tegen zijn schouder rusten.
De warmte die ze voelde verraste haar. Niet enkel letterlijk, want May had zich er ondertussen al bij neergelegd dat ze, wanneer ze wat affectie wilde, zeker niet bij Neil moest zijn. Deze knuffel kwam dus uit onverwachte hoek.
Maar dat maakte hem niet minder waard, integendeel.
De bemoedigende woorden die hij sprak, klonken voor even geloofwaardig. Ze gingen het oplossen. Ze zouden iets bedenken. Het leek allemaal plots zo simpel. Hij nam haar pijn en zorgen weg, al was het voor even. Zelfs tranen bleven weg, alsof het allemaal niet zo erg was.
“Je hebt gelijk.” Ook haar stem klonk breekbaar, maar werd deels gesmoord omdat haar mond tegen zijn shirt rustte.
May sloot haar ogen en trok Neil na die woorden enkel maar dichter tegen zich aan. Dit had ze nodig, en ze betwijfelde of de knuffel en zijn woorden hetzelfde effect zouden hebben wanneer ze die van iemand anders kreeg.
Onwillekeurig wreef ze haar handen zacht over zijn rug om ook hem te laten voelen dat ze er was. Ze wist niet hoeveel tijd er voorbij ging, maar zolang ze het nodig had, bleef ze hem vasthouden. Zolang ze hem vasthield, voelde ze zich veilig.
En hij rook lekker.
Het was het weke gevoel in haar onderbuik dat haar ertoe dreef om de omhelzing te beëindigen, haar hart dat op een toch ongepast moment plots versnelde en ervoor zorgde dat ze zich weer bewust werd van dat wat ze beweerde niet voor hem te voelen.
Ze loste hem iets en zorgde ervoor dat ze hem weer kon aankijken. “Dit is niet wat ik bedoelde met iets sterks”, een vlakke glimlach verscheen op haar gezicht. Haar stem klonk zacht, niet meer trillerig. “But it ‘ll do.”
Kort haalde ze haar schouders op, alsof het een minderwaardig alternatief was geweest. De warme blik in haar ogen echter, bewees het tegendeel.
Automatisch, zonder nadenken legde ze haar armen ook om hem heen en liet ze haar hoofd tegen zijn schouder rusten.
De warmte die ze voelde verraste haar. Niet enkel letterlijk, want May had zich er ondertussen al bij neergelegd dat ze, wanneer ze wat affectie wilde, zeker niet bij Neil moest zijn. Deze knuffel kwam dus uit onverwachte hoek.
Maar dat maakte hem niet minder waard, integendeel.
De bemoedigende woorden die hij sprak, klonken voor even geloofwaardig. Ze gingen het oplossen. Ze zouden iets bedenken. Het leek allemaal plots zo simpel. Hij nam haar pijn en zorgen weg, al was het voor even. Zelfs tranen bleven weg, alsof het allemaal niet zo erg was.
“Je hebt gelijk.” Ook haar stem klonk breekbaar, maar werd deels gesmoord omdat haar mond tegen zijn shirt rustte.
May sloot haar ogen en trok Neil na die woorden enkel maar dichter tegen zich aan. Dit had ze nodig, en ze betwijfelde of de knuffel en zijn woorden hetzelfde effect zouden hebben wanneer ze die van iemand anders kreeg.
Onwillekeurig wreef ze haar handen zacht over zijn rug om ook hem te laten voelen dat ze er was. Ze wist niet hoeveel tijd er voorbij ging, maar zolang ze het nodig had, bleef ze hem vasthouden. Zolang ze hem vasthield, voelde ze zich veilig.
En hij rook lekker.
Het was het weke gevoel in haar onderbuik dat haar ertoe dreef om de omhelzing te beëindigen, haar hart dat op een toch ongepast moment plots versnelde en ervoor zorgde dat ze zich weer bewust werd van dat wat ze beweerde niet voor hem te voelen.
Ze loste hem iets en zorgde ervoor dat ze hem weer kon aankijken. “Dit is niet wat ik bedoelde met iets sterks”, een vlakke glimlach verscheen op haar gezicht. Haar stem klonk zacht, niet meer trillerig. “But it ‘ll do.”
Kort haalde ze haar schouders op, alsof het een minderwaardig alternatief was geweest. De warme blik in haar ogen echter, bewees het tegendeel.