Zweterige krulletjes plakten in strengen aan zijn voorhoofd vast. Krullen die hem, samen met zijn pruillip, tekenden, onderscheidden van de rest. Voor de rest was Dean Girton een doodnormale jongen. Standaard bouw, standaard lach, standaard interesses, standaard schoolresultaten. Nergens blonk hij écht in uit. Nergens stond hij ergens beter in dan leeftijdsgenoten. Of hij blij was met die plek? Hij wist het niet. Kon. Je kon zeggen dat hij er blij mee was. Je kon ook stellen dat hij niets anders wist dan die plek en dat hij zijn leven accepteerden.
Oh, er wás een verschil. Zijn ouders. Zijn ouders waren anders dan de ouders van veel van zijn vrienden. Sommigen hadden géén ouders meer, maar degene die ze nog wel hadden, hadden over het algemeen een band met ze. Dean niet. Niet dat Dean het niet wou, zijn ouders hadden er simpelweg geen tijd voor. Dean was opgevoed door kindermeisjes, had zijn schooltijd voornamelijk alleen doorgebracht. Menig kind was jaloers geweest dat hij altijd naar de naschoolse opvang mocht, het was daar namelijk leuk. Dean was jaloers op de kinderen van de naschoolse die wel op vakantie gingen. Zijn ouders deden niet aan vakantie. Al jaren niet. En gingen ze wel, was het een 'zakenreisje' waar Dean absoluut niet nodig was.
Daarom was Dean op jonge leeftijd al volwassen geworden. Had allang zijn eigen dingen geregeld. Zijn ouders hadden hem op vrij jonge leeftijd het huis uit getrapt en toendertijd had Dean nog gedacht dat het geld van zijn ouders wel genoeg zou zijn om ook zijn studie te betalen. Halverwege het derde studiejaar besefte hij dat hij geld moest lenen wou hij zijn studie af kunnen ronden. Zo gezegd zo gedaan, maar nu had hij dus een schuld en moest hij baantje bij baantje nemen. Nog gebruik maken van zijn diploma was er niet bij, niemand wou hem hebben. Hij moest verhuizen maar er was gewoon niets in de buurt.
Daarom bleef hij vooralsnog bij het oude vrouwtje op de zolderkamer wonen. Het was een vriendelijk vrouwtje en het was fijn om menselijk contact te hebben buiten de mensen om waarmee hij in het dagelijks leven contact had.
Voor nu werkte hij ook op een stal bij. Aan stallen geen gebrek in dit gebied. Zijn spieren trainde hij hier gelijk mee en door zijn ervaring met alle paarden van zijn moeder die hij met regelmaat had moeten rijden, kwam hij wel ergens. Of paarden echt zijn ding waren wist hij niet. Het rijden had gemoeten, net zoals alles rondom de paarden gemoeten had. Nooit had hij echt 'plezier' beleefd in dingen.
Dean keek even verstrooid de stallen rond. Hij had net te lang over deze stal gedaan en eigenlijk kon hij wel wat hulp gebruiken. Vandaag hadden ze hem niet lang genoeg gegeven voor de stallen die hij moest doen. Maar het moest gedaan worden en hij wist niet wat er ging gebeuren mocht het buiten de tijd gedaan worden.
Een paard in de stal naast hem hinnikte en Dean zuchtte even.
"Ik weet het, Gurmy, het is een lastige dag."
Oh, er wás een verschil. Zijn ouders. Zijn ouders waren anders dan de ouders van veel van zijn vrienden. Sommigen hadden géén ouders meer, maar degene die ze nog wel hadden, hadden over het algemeen een band met ze. Dean niet. Niet dat Dean het niet wou, zijn ouders hadden er simpelweg geen tijd voor. Dean was opgevoed door kindermeisjes, had zijn schooltijd voornamelijk alleen doorgebracht. Menig kind was jaloers geweest dat hij altijd naar de naschoolse opvang mocht, het was daar namelijk leuk. Dean was jaloers op de kinderen van de naschoolse die wel op vakantie gingen. Zijn ouders deden niet aan vakantie. Al jaren niet. En gingen ze wel, was het een 'zakenreisje' waar Dean absoluut niet nodig was.
Daarom was Dean op jonge leeftijd al volwassen geworden. Had allang zijn eigen dingen geregeld. Zijn ouders hadden hem op vrij jonge leeftijd het huis uit getrapt en toendertijd had Dean nog gedacht dat het geld van zijn ouders wel genoeg zou zijn om ook zijn studie te betalen. Halverwege het derde studiejaar besefte hij dat hij geld moest lenen wou hij zijn studie af kunnen ronden. Zo gezegd zo gedaan, maar nu had hij dus een schuld en moest hij baantje bij baantje nemen. Nog gebruik maken van zijn diploma was er niet bij, niemand wou hem hebben. Hij moest verhuizen maar er was gewoon niets in de buurt.
Daarom bleef hij vooralsnog bij het oude vrouwtje op de zolderkamer wonen. Het was een vriendelijk vrouwtje en het was fijn om menselijk contact te hebben buiten de mensen om waarmee hij in het dagelijks leven contact had.
Voor nu werkte hij ook op een stal bij. Aan stallen geen gebrek in dit gebied. Zijn spieren trainde hij hier gelijk mee en door zijn ervaring met alle paarden van zijn moeder die hij met regelmaat had moeten rijden, kwam hij wel ergens. Of paarden echt zijn ding waren wist hij niet. Het rijden had gemoeten, net zoals alles rondom de paarden gemoeten had. Nooit had hij echt 'plezier' beleefd in dingen.
Dean keek even verstrooid de stallen rond. Hij had net te lang over deze stal gedaan en eigenlijk kon hij wel wat hulp gebruiken. Vandaag hadden ze hem niet lang genoeg gegeven voor de stallen die hij moest doen. Maar het moest gedaan worden en hij wist niet wat er ging gebeuren mocht het buiten de tijd gedaan worden.
Een paard in de stal naast hem hinnikte en Dean zuchtte even.
"Ik weet het, Gurmy, het is een lastige dag."