'Kael, schat, je gaat me niet vertellen dat je nog nooit een tent hebt opgezet.'
Er klonk een lach in Rowans stem door terwijl hij dit zei. De jongeman zat met blote voeten op de keukentafel en vouwde netjes wat schone was op - shirts, broeken, vesten - om het vervolgens in de koffer, die verder al bijna vol was, naast hem te plaatsen.
Hij had kunnen weten dat kamperen met Kael niet zonder zekere problemen zou gaan. De jongeman was nu eenmaal opgegroeid als zoon van steenrijke zakenlieden en voor zover Rowan wist had hij elke vakantie in een of ander luxe zomerhuis doorgebracht, met een zwembad en een werkende, warme douche. Rowan daarentegen had bijna elke zomer gekampeerd, zelfs toen Mike geboren werd - toen werd er gewoon een extra tentje bij geplaatst waar de tweeling in kon slapen (zodat één van hen later plekken moest ruilen met Rowan omdat ze niet te lang met elkaar op 4 vierkante meter konden zijn).
Het was echter wel een tijdje geleden geweest dat Rowan echt was wezen kamperen. Nadat hij zijn ouderlijk huis had verlaten was hij zelfs nauwelijks op vakantie geweest, als je de tripjes naar zijn grootouders niet meetelde. Dus deze hele onderneming werd een uitdaging.
Dat betekende niet dat hij er minder zin in had. Hij vond het altijd leuk om nieuwe dingen te doen met Kael.
'Hoe dan ook,' vervolgde hij, terwijl hij zichzelf van de tafel liet glijden en zijn koffer dicht sloeg, 'laten we de handleiding meenemen. Gewoon voor de zekerheid.' Hij grijnsde even. 'Het zou heel erg vervelend zijn als we daar aankwamen en we niet eens voor wat onderdak konden zorgen, vind je niet?'
Hij ritste zijn koffer dicht en zette deze op de grond naast de rest van hun spullen. Het was zijn doel om zo min mogelijk mee te nemen - dat zou alleen maar irritant zijn zodra ze er waren. Alles wat ze niet per se nodig hadden kon prima in het appartement blijven. Hij had zo het idee dat Kael daar problemen mee zou hebben, maar dat zou hij zo nog wel zien.
Na zijn medicijnen bij de rest van zijn spullen in de koffer gepropt te hebben checkte de schoenen die hij bezat - het was wel zo fijn als hij over schoeisel bezat waar hij langer op kon lopen dan twee uur. Als hij iets had geleerd van kamperen was dat het wel.
'Lukt het verder een beetje met inpakken?' Hij had een goed paar schoenen gevonden en zonk neer op een stoel naast de eettafel om deze aan te trekken en wierp een blik op Kael. Hij hoopte stiekem dat hij zijn raad had onthouden en zo min mogelijk nutteloze kleding thuis zou laten.
Er klonk een lach in Rowans stem door terwijl hij dit zei. De jongeman zat met blote voeten op de keukentafel en vouwde netjes wat schone was op - shirts, broeken, vesten - om het vervolgens in de koffer, die verder al bijna vol was, naast hem te plaatsen.
Hij had kunnen weten dat kamperen met Kael niet zonder zekere problemen zou gaan. De jongeman was nu eenmaal opgegroeid als zoon van steenrijke zakenlieden en voor zover Rowan wist had hij elke vakantie in een of ander luxe zomerhuis doorgebracht, met een zwembad en een werkende, warme douche. Rowan daarentegen had bijna elke zomer gekampeerd, zelfs toen Mike geboren werd - toen werd er gewoon een extra tentje bij geplaatst waar de tweeling in kon slapen (zodat één van hen later plekken moest ruilen met Rowan omdat ze niet te lang met elkaar op 4 vierkante meter konden zijn).
Het was echter wel een tijdje geleden geweest dat Rowan echt was wezen kamperen. Nadat hij zijn ouderlijk huis had verlaten was hij zelfs nauwelijks op vakantie geweest, als je de tripjes naar zijn grootouders niet meetelde. Dus deze hele onderneming werd een uitdaging.
Dat betekende niet dat hij er minder zin in had. Hij vond het altijd leuk om nieuwe dingen te doen met Kael.
'Hoe dan ook,' vervolgde hij, terwijl hij zichzelf van de tafel liet glijden en zijn koffer dicht sloeg, 'laten we de handleiding meenemen. Gewoon voor de zekerheid.' Hij grijnsde even. 'Het zou heel erg vervelend zijn als we daar aankwamen en we niet eens voor wat onderdak konden zorgen, vind je niet?'
Hij ritste zijn koffer dicht en zette deze op de grond naast de rest van hun spullen. Het was zijn doel om zo min mogelijk mee te nemen - dat zou alleen maar irritant zijn zodra ze er waren. Alles wat ze niet per se nodig hadden kon prima in het appartement blijven. Hij had zo het idee dat Kael daar problemen mee zou hebben, maar dat zou hij zo nog wel zien.
Na zijn medicijnen bij de rest van zijn spullen in de koffer gepropt te hebben checkte de schoenen die hij bezat - het was wel zo fijn als hij over schoeisel bezat waar hij langer op kon lopen dan twee uur. Als hij iets had geleerd van kamperen was dat het wel.
'Lukt het verder een beetje met inpakken?' Hij had een goed paar schoenen gevonden en zonk neer op een stoel naast de eettafel om deze aan te trekken en wierp een blik op Kael. Hij hoopte stiekem dat hij zijn raad had onthouden en zo min mogelijk nutteloze kleding thuis zou laten.