De bruine lijven galoppeerde heel synchroon. De twee dieren leken elkaar perfect aan te voelen. Helaas voor hen was hun ruimte nogal beperkt. Ze moesten zich om de haverklap omdraaien om weer verder te kunnen rennen. Het idee om het hek open te zetten en de beesten vrij te laten rennen was erg aantrekkelijk maar Ray hield zich in. De paarden loslaten gaf vast geen goede eerste indruk.
Flo piepte van de frustratie. Ze wist donders goed dat ze niet de paarden op mocht jagen, toch kon ze het niet laten om klagend te gaan piepen. Alsof ze wou zeggen 'toeeeeee, laat mij nou, toeeeeee'. Het zou hem niks verbazen als dat echt zo zou zijn. Hij gaf haar een aai over haar koppie en haar staart begon te kwispelen. "Nee, Flo. Beheers je. Morgen mag je weer achter de kraaien aan jagen maar je moet de paarden met rust laten." Bij het woord kraaien schoten haar oren omhoog. Of nou ja, één oor schoot omhoog. De ander kwam niet verder dan de helft omhoog. Het zag er komisch uit.
Ray liep verder met de hond aan zijn zijde. Er stonden heel wat mooie paarden hier. Hij zou er veel voor over hebben om op de rug van een van de dieren te klimmen. Hij zou zich dan vooroverbuigen, zijn gezicht in de manen verbergen en die heerlijke geur opsnuiven.
Ineens vroeg hij zich af of honden wel waren toegestaan. Trouwens, was hij überhaupt wel toegestaan hier? Hij had nergens een bordje 'verboden voor onbevoegden gezien'. Maar hij was dan ook niet door de hoofdingang naar binnen gegaan. Hij was gewoon aan de wandel geweest toen hij de ranch tegen kwam. Ray liep er al bijna een halfuur rond maar had nog niemand anders zien rondlopen. Eén keer was er een auto langs gereden maar de inzittende had hem niet opgemerkt.
Misschien moest hij maar weer eens richting huis gaan. Als hij de weg tenminste nog kon vinden. Ray wreef langs zijn oog die hem er aan herinnerde waarom hij nou hier was en niet thuis. De kring om zijn oog was iets minder dik en paars maar deed nog steeds pijn bij iedere aanraking. Ach, het zou ooit wel weer overgaan maar tot die tijd liep hij met dat blauwe oog rond. Leuk was anders.
Het begon al te schemeren. De invallende nacht bracht kou met zich mee. Ray ritste zijn jack verder dicht en deed zijn capuchon op. De meeste lichaamswarmte verlies je via je hoofd. Dat was hem ooit verteld, of nou ja, zoiets was hem verteld. De paarden werden wat onrustiger. Zouden ze normaal 's nachts naar binnen mogen of werd het bijna voerder tijd?
Ray was al jaren niet meer bij paarden geweest, toch was zijn liefde voor de dieren nog steeds aanwezig. Het was dat zijn vader panisch was voor paarden anders hadden ze er allang eentje gehad. Aan ruimte geen gebrek thuis. In tegenstelling tot zijn vader hield zijn moeder wel van paarden. Hield.
Ray voelde een traan opkomen. Kom op Ray, stel je niet zo aan. Niet nu. Hij baalde zijn vuist en verdrong de emoties. Hij nam plaats op een bankje met uitzicht op de hokken. Flo sprong zoals altijd meteen naast hem en legde haar kop op zijn arm. Ray keek nog eens rond. Dit was een mooie plek. Rustig ook. Daar hield hij wel van. Plus dat er paarden waren, heel veel paarden en ze waren allemaal voor hem alleen. Nouja, voor eventjes dan totdat een ander kwam en zijn momentje alleen met de paarden zou gaan verstoren. Waarschijnlijk zou dat niet lang duren. Tot die tijd moest hij maar genieten van zijn rust.
Flo piepte van de frustratie. Ze wist donders goed dat ze niet de paarden op mocht jagen, toch kon ze het niet laten om klagend te gaan piepen. Alsof ze wou zeggen 'toeeeeee, laat mij nou, toeeeeee'. Het zou hem niks verbazen als dat echt zo zou zijn. Hij gaf haar een aai over haar koppie en haar staart begon te kwispelen. "Nee, Flo. Beheers je. Morgen mag je weer achter de kraaien aan jagen maar je moet de paarden met rust laten." Bij het woord kraaien schoten haar oren omhoog. Of nou ja, één oor schoot omhoog. De ander kwam niet verder dan de helft omhoog. Het zag er komisch uit.
Ray liep verder met de hond aan zijn zijde. Er stonden heel wat mooie paarden hier. Hij zou er veel voor over hebben om op de rug van een van de dieren te klimmen. Hij zou zich dan vooroverbuigen, zijn gezicht in de manen verbergen en die heerlijke geur opsnuiven.
Ineens vroeg hij zich af of honden wel waren toegestaan. Trouwens, was hij überhaupt wel toegestaan hier? Hij had nergens een bordje 'verboden voor onbevoegden gezien'. Maar hij was dan ook niet door de hoofdingang naar binnen gegaan. Hij was gewoon aan de wandel geweest toen hij de ranch tegen kwam. Ray liep er al bijna een halfuur rond maar had nog niemand anders zien rondlopen. Eén keer was er een auto langs gereden maar de inzittende had hem niet opgemerkt.
Misschien moest hij maar weer eens richting huis gaan. Als hij de weg tenminste nog kon vinden. Ray wreef langs zijn oog die hem er aan herinnerde waarom hij nou hier was en niet thuis. De kring om zijn oog was iets minder dik en paars maar deed nog steeds pijn bij iedere aanraking. Ach, het zou ooit wel weer overgaan maar tot die tijd liep hij met dat blauwe oog rond. Leuk was anders.
Het begon al te schemeren. De invallende nacht bracht kou met zich mee. Ray ritste zijn jack verder dicht en deed zijn capuchon op. De meeste lichaamswarmte verlies je via je hoofd. Dat was hem ooit verteld, of nou ja, zoiets was hem verteld. De paarden werden wat onrustiger. Zouden ze normaal 's nachts naar binnen mogen of werd het bijna voerder tijd?
Ray was al jaren niet meer bij paarden geweest, toch was zijn liefde voor de dieren nog steeds aanwezig. Het was dat zijn vader panisch was voor paarden anders hadden ze er allang eentje gehad. Aan ruimte geen gebrek thuis. In tegenstelling tot zijn vader hield zijn moeder wel van paarden. Hield.
Ray voelde een traan opkomen. Kom op Ray, stel je niet zo aan. Niet nu. Hij baalde zijn vuist en verdrong de emoties. Hij nam plaats op een bankje met uitzicht op de hokken. Flo sprong zoals altijd meteen naast hem en legde haar kop op zijn arm. Ray keek nog eens rond. Dit was een mooie plek. Rustig ook. Daar hield hij wel van. Plus dat er paarden waren, heel veel paarden en ze waren allemaal voor hem alleen. Nouja, voor eventjes dan totdat een ander kwam en zijn momentje alleen met de paarden zou gaan verstoren. Waarschijnlijk zou dat niet lang duren. Tot die tijd moest hij maar genieten van zijn rust.
-x- open -x-