Destin gooide zijn robuuste hoofd in de lucht zodra de stalhulp met de grote, ijzerenbak vol brokken voorbij kwam. Een klein handje, overheerlijke brokken en een paar korrels muesli werden in zijn bak gegooid en gulzig vloog hij naar zijn voerbak. Hij stond ondertussen al de hele dag in de stal en had enkel wat droog hooi gekregen, dus zijn maag klaagde al een aantal uur om iets te eten. Het duurde niet lang, of zijn voerbak was alweer leeg. Met een zeurende hinnik liet hij blijken dat hij meer wilde, maar zijn moeite was tevergeefs. Chagrijnig snoof hij eventjes, probeerde zijn lichaam om te draaien, maar aangezien het maar kleine stallen waren ging het nogal moeizaam. Zijn lichaam zat vol met energie, er werd al weken niets meer gedaan en het leek alsof de mensen hem hadden opgegeven.
Toen een wat oudere man zijn stal opende en het halster ruw over zijn hoofd schoof, kreeg hij ergens weer een beetje hoop. Misschien gingen ze tóch nog iets met hem doen, voor hem was het immers al fijn dat hij nu uit zijn smerige stal mocht. Kon hij toch even zijn benen strekken. De frisse lucht begroette hem en met een tevreden grijns op zijn gelaat keken zijn blauwe, nieuwsgierige ogen in het rond. Dat was lang geleden! Hij werd in de paddock gezet, waar hij zijn energie uit zijn lichaam kon krijgen, wat overigens ook wel nodig was. Na die dagen op stal, was hij nogal hyperactief geworden en de frisse lucht maakte dat alleen maar erger. Destin gooide zijn voorhand in de lucht, vervolges volgde zijn achterhand en met een hoge snelheid maakte hij een aantal rondjes door de bak heen. Toen het hek van de paddock weer geopend werd, keek hij lichtelijk verbaasd naar de man die naar hem toe gelopen kwam. Wát nu weer? Moest hij alweer terug?
Blijkbaar niet, want er kwam een trailer het terrein opgereden en ze liepen níet richting de stallen. Met een angstige blik keek hij naar het smalle ding, die voor zijn neus open werd gemaakt. De klikkende tongen van de vier mannen zorgde ervoor dat hij onrustig werd en hij gaf een stevige ruk aan het halstertouw. Wat wilde ze nou? Destin snapte er vrij weinig van. Hij ging dus mooi niet ín die trailer. Dat weigerde hij. Het was veels te smal en ook daar kon hij zijn kont niet draaien, de stal was al erg, maar dit ding was nog één keer zo smal.
Aarzelend zette hij een stap op de ijzeren laadklep. Geschrokken deinsde hij achteruit, maar door een zweepslag op zijn achterhand schoot hij opnieuw een stuk naar voren, waardoor hij half in de trailer stond. Destin hoorde de mensen wat schreeuwen, maar hoorde er niets van. Met een scherpe hinnik liet hij horen dat hij het er niet mee eens was en gaf opnieuw een flinke ruk aan het halstertouw, waarna zijn voorhand de lucht in vloog en hij luid snuivend met een dreun op de laadklep terug kwam.
& Aya!
Toen een wat oudere man zijn stal opende en het halster ruw over zijn hoofd schoof, kreeg hij ergens weer een beetje hoop. Misschien gingen ze tóch nog iets met hem doen, voor hem was het immers al fijn dat hij nu uit zijn smerige stal mocht. Kon hij toch even zijn benen strekken. De frisse lucht begroette hem en met een tevreden grijns op zijn gelaat keken zijn blauwe, nieuwsgierige ogen in het rond. Dat was lang geleden! Hij werd in de paddock gezet, waar hij zijn energie uit zijn lichaam kon krijgen, wat overigens ook wel nodig was. Na die dagen op stal, was hij nogal hyperactief geworden en de frisse lucht maakte dat alleen maar erger. Destin gooide zijn voorhand in de lucht, vervolges volgde zijn achterhand en met een hoge snelheid maakte hij een aantal rondjes door de bak heen. Toen het hek van de paddock weer geopend werd, keek hij lichtelijk verbaasd naar de man die naar hem toe gelopen kwam. Wát nu weer? Moest hij alweer terug?
Blijkbaar niet, want er kwam een trailer het terrein opgereden en ze liepen níet richting de stallen. Met een angstige blik keek hij naar het smalle ding, die voor zijn neus open werd gemaakt. De klikkende tongen van de vier mannen zorgde ervoor dat hij onrustig werd en hij gaf een stevige ruk aan het halstertouw. Wat wilde ze nou? Destin snapte er vrij weinig van. Hij ging dus mooi niet ín die trailer. Dat weigerde hij. Het was veels te smal en ook daar kon hij zijn kont niet draaien, de stal was al erg, maar dit ding was nog één keer zo smal.
Aarzelend zette hij een stap op de ijzeren laadklep. Geschrokken deinsde hij achteruit, maar door een zweepslag op zijn achterhand schoot hij opnieuw een stuk naar voren, waardoor hij half in de trailer stond. Destin hoorde de mensen wat schreeuwen, maar hoorde er niets van. Met een scherpe hinnik liet hij horen dat hij het er niet mee eens was en gaf opnieuw een flinke ruk aan het halstertouw, waarna zijn voorhand de lucht in vloog en hij luid snuivend met een dreun op de laadklep terug kwam.
& Aya!