OUTFIT
Nog voordat hij was gaan werken was hij al de stad in gegaan. Avan had een idee gehad, om alvast wat te geven als bedankje voor wat er was gebeurd en wat er nog ging komen, maar daarvoor moest hij wel naar zijn favoriete Arabische winkeltje. En gezien hij ook nog moest werken had hij zijn wekker vroeger dan normaal gezet, zodat hij genoeg tijd had om zichzelf klaar te maken én genoeg tijd te hebben om iets leuks uit te zoeken.
Hij wist namelijk van hun ontmoeting dat Azura ook Arabisch was, en gezien leuke armbanden nog op zijn netvlies stonden door zijn laatste bezoek aan de winkel had hij daar meteen aan gedacht. Het was wat kleins, maar hij vond het wel het minste wat hij kon doen, en zelf vond hij het ook nog wel eens leuk.
Helaas hadden ze de namen ‘Azura’ en ‘Laila’ niet meer zo klaarliggen. Wel logisch, gezien er vrij weinig mensen zo heetten die het hier bezochten. Máár, met een lieve glimlach en wat woordwisselingen was het mevrouwtje van de winkel bereid om ze zelf nog even te maken, waarschijnlijk doordat ze had gemerkt dat hij ze echt graag wilde hebben.
Zo gezegd zo gedaan, want heel lang had het niet geduurd voordat hij de twee armbandjes met hun namen in het Arabisch geschreven in zijn handen kreeg. Na veel bedankjes was Avan het gaan afrekenen en stapte hij met een voldaan gevoel weer naar buiten, om vervolgens richting zijn werk te gaan.
Nog flink op tijd. Mooi, want daardoor had hij nog even zijn agenda kunnen inzien. Vandaag waren er geen grote klussen; vrijwel alleen maar kleintjes die gezet moesten worden vandaag. Mooi, want anders bestond er de kans dat hij te laat zou komen en dat zou hij echt niet willen. Niet bij de eerste keer dat hij ze zou bezoeken.
Blijkbaar was het meerdere mensen opgevallen dat er iets anders aan hem was. Meer emotie in zijn ogen, meer verhalen vertellend, een beter humeur, noem het allemaal maar op. Was het dan zo duidelijk? God, iedereen moest eens weten wat voor plannen hij had. Maar dat mocht niet. Stel dat hij rare blikken zou krijgen als hij vertelde over zijn problemen. Gelukkig hoefde hij zich daar in de toekomst geen zorgen meer over te maken, als het goed was dan.
De dag zat er gelukkig vrij snel op, ook had het veel sneller lijken te gaan, doordat hij echt leuke klanten en leuke werkjes had gedaan vandaag. Mooi, want dat was alleen maar mooi meegenomen als hij dacht waarmee hij de dag nog verder ging opvullen.
Tijdens dat hij naar Azura’s huis aan het lopen was had hij zijn telefoon gepakt, om haar een berichtje te sturen dat hij eraan kwam. Wel met zijn naam er nog onder natuurlijk, want hij had alleen haar nummer en zij het zijne niet. Maar, nu dus wel.
Het duurde toch wel langer dan dat hij had verwacht, ook om het feit dat hij gisteren haar had weggebracht toen het donker was en alles er nu dus totaal anders uit zag. Maar, hij wist haar straat en nummer en zo te zien kon het niet ver weg zijn.
Bij het uiteindelijke huis waar hij uit kwam bekeek Avan het even van een afstandje, maar het leek wel te kloppen.. Vandaar dat hij maar gewoon zijn schouders ophaalde en richting de voordeur liep, om aan te bellen. Als hij niet bij het goede huis stond was de kans anders best groot dat ze hem wel konden helpen naar het goede huis te gaan, dus waarom niet?
Wat nerveus trapte hij met de neus van zijn schoen een klein steentje weg en liet hij zijn handen in zijn jaszakken verdwijnen. Zijn kaken had hij stevig op elkaar geklemd, waarna zijn ogen van de grond richting ooghoogte gingen bij het horen van geluid achter de deur. En hij kon er niets aan doen, maar het toverde een glimlach op zijn gezicht.