Gehinnik weerklonk door de lange gang. In één van de rechtse stallen stond een merrie onrustig te draaien. Ze stond stil toen ze een korte aai over haar neus kreeg, maar drukte zichzelf tegen de staldeur aan en keek de stalhulp na terwijl hij de rij met paarden verder afging en daarna door de twee grote deuren verdween. Ze hinnikte nogmaals, luider dit keer. Ze wou ook naar buiten, rennen, bewegen en natuurlijk aandacht krijgen van voorbijgangers. Het liefst met een snoepje erbij. Onrustig zette ze wat stapjes terug en begon ze aan haar hooi te knabbelen. De afgelopen dagen waren pure verveling geweest. Het was koud buiten, maar dit soort kou ging meestal gepaard met sneeuw. Ze vond het geweldig om in de witte laag te rollen, als het dan zo om haar heen vloog en een beetje bleef plakken kon ze niet vrolijker worden. Behalve door mensen natuurlijk, mensen die de sneeuw van haar neus afveegden en haar een snoepje gaven als ze met ze mee rende. Het was altijd geweldig om op de weide te staan. Ze knabbelde rustig verder en ontspande eventjes. Al snel sukkelde ze een beetje in slaap. Haar ogen waren grotendeels dicht en haar oren stonden niet meer gespitst. Vond je het ook gek? Ze verveelde zich kapot. Het was hier zo, rustig.
Haar ogen sprongen open en ze liet haar hoofd meteen boven de staldeur hangen toen de staldeur openging. Enkele mensen kwamen binnen. Sommigen van hen dik bepakt, de meesten met een poetskoffer of een cap in hun handen. Naast haar ging een staldeur open en ook tegenover haar liep iemand de stal binnen. Ze tikte met haar hoef tegen de staldeur, maar kreeg geen aandacht. Ze snapte het voor geen meter. Waarom kwamen ze nooit voor haar? Het slot van haar staldeur werd opengeschoven en een meisje kwam binnenwandelen. Ameya’s oren schoten naar voren en ze bewoog haar neus wat richting het meisje. ‘Ashley, je moet op deze.’ Werd er geroepen en het meisje draaide zich meteen om. Het slot werd vluchtig dichtgedaan en het meisje liep weg. Ameya liet haar hoofd weer zakken en begon aan het hooi te knabbelen. Er was even een geluid van tikkende hoeven, maar hierna was het weer stil. Ze liet haar hoofd weer boven de staldeur hangen en leunde er zachtjes tegen met haar borst. De deur gaf mee en schoof open. Meteen liep ze de stal uit. Blij dat ze eindelijk dat ding uit was liep ze richting de grote deuren. Ze waren dicht. Ze probeerde er nog tegen te duwen maar het hielp niks. Ze brieste en draaide zich om. Misschien was er nog wat leuks aan de andere kant.
En inderdaad, er lag wel wat interessants. Voer, heel veel voer. Wortelen, appelen, snoepjes, van alles. Ze greep een zak met snoepjes tussen haar tanden, maar merkte ze al snel dat ze er niks mee kon. Ze zwierde het ding aan de kant. De zak scheurde open en de snoepjes rolden over de vloer. Hmm, snoepjes.. Gretig nam ze een snoepje, en nog een, en nog een. De zak appelen trok haar aandacht. Ze liet de snoepjes links liggen en dook met haar hoofd de zak in. Vrolijk hapte ze in een appel, waarbij ze de helft afbeet en opat. Ze hoorde voetstappen en keek achter zich, nog kauwend op een appel keek ze even naar de jongen die er stond. Een onschuldige blik was op haar ogen te zien, nog snel nam ze de andere helft van de appel. Ze wist dat de mensen het nooit leuk vonden als je hier aan het eten was. Ze ontsnapte namelijk wel vaker, maar het was nooit zo makkelijk geweest.
-Riot-
Haar ogen sprongen open en ze liet haar hoofd meteen boven de staldeur hangen toen de staldeur openging. Enkele mensen kwamen binnen. Sommigen van hen dik bepakt, de meesten met een poetskoffer of een cap in hun handen. Naast haar ging een staldeur open en ook tegenover haar liep iemand de stal binnen. Ze tikte met haar hoef tegen de staldeur, maar kreeg geen aandacht. Ze snapte het voor geen meter. Waarom kwamen ze nooit voor haar? Het slot van haar staldeur werd opengeschoven en een meisje kwam binnenwandelen. Ameya’s oren schoten naar voren en ze bewoog haar neus wat richting het meisje. ‘Ashley, je moet op deze.’ Werd er geroepen en het meisje draaide zich meteen om. Het slot werd vluchtig dichtgedaan en het meisje liep weg. Ameya liet haar hoofd weer zakken en begon aan het hooi te knabbelen. Er was even een geluid van tikkende hoeven, maar hierna was het weer stil. Ze liet haar hoofd weer boven de staldeur hangen en leunde er zachtjes tegen met haar borst. De deur gaf mee en schoof open. Meteen liep ze de stal uit. Blij dat ze eindelijk dat ding uit was liep ze richting de grote deuren. Ze waren dicht. Ze probeerde er nog tegen te duwen maar het hielp niks. Ze brieste en draaide zich om. Misschien was er nog wat leuks aan de andere kant.
En inderdaad, er lag wel wat interessants. Voer, heel veel voer. Wortelen, appelen, snoepjes, van alles. Ze greep een zak met snoepjes tussen haar tanden, maar merkte ze al snel dat ze er niks mee kon. Ze zwierde het ding aan de kant. De zak scheurde open en de snoepjes rolden over de vloer. Hmm, snoepjes.. Gretig nam ze een snoepje, en nog een, en nog een. De zak appelen trok haar aandacht. Ze liet de snoepjes links liggen en dook met haar hoofd de zak in. Vrolijk hapte ze in een appel, waarbij ze de helft afbeet en opat. Ze hoorde voetstappen en keek achter zich, nog kauwend op een appel keek ze even naar de jongen die er stond. Een onschuldige blik was op haar ogen te zien, nog snel nam ze de andere helft van de appel. Ze wist dat de mensen het nooit leuk vonden als je hier aan het eten was. Ze ontsnapte namelijk wel vaker, maar het was nooit zo makkelijk geweest.
-Riot-