Zachtjes meezingend met de muziek die door zijn koptelefoon schalde, liep de jongen over straat. Om de een of andere reden had hij een hekel aan oortjes. Die vielen toch alleen maar uit en zorgden ervoor dat je oren na een tijd pijn gingen doen. Een koptelefoon was dan misschien groter en meer zichtbaar, maar die kon je tenminste gewoon ophouden zonder dat je veel last kreeg van je oren. Sommige mensen haatte die dingen omdat ze er niet mee stonden, iets dat hem eerlijk gezegd niets kon schelen. Even woelde hij met zijn hand door zijn bruine krullen, er wel voor zorgend dat hij uit de buurt van zijn koptelefoon bleef. Zachery was misschien niet zo slim, maar toch slim genoeg om te weten dat het ding van zijn hoofd zou vallen als hij het te hard naar achteren duwde. Op het gebied van liefde was hij echt een regelrechte idioot. Als zijn vriendin vreemd zou gaan met een andere gast, zou hij het nog niet eens doorhebben als ze voor zijn neus stonden te zoenen. Ok, dat was er misschien een beetje over, maar je weet wat er bedoelt word. Een lichte grijns verscheen op zijn gezicht toen hij midden op zijn pad een paaltje zag staan. Meteen dwong hij zijn benen om iets sneller te gaan, zette zijn handen op het paaltje en sprong erover. Sommige mensen keken hem raar aan en grinnikend zwaaide hij even naar die mensen. Hij was twintig ja, maar in zijn hoofd was hij nog altijd een kind van 6. Niemand wees hem erop dat hij te oud was om zo kinderachtig te doen, dus bleef hij gewoon verder doen. Natuurlijk had hij van die momenten dat hij serieus kon zijn en als hij eerlijk moest zijn kwamen die steeds vaker en vaker voor. Waarschijnlijk door die preek die hij van zijn moeder had gehad. De vrouw vond het eens tijd dat hij het huis uit ging en daardoor moest hij wat volwassener worden, anders zou niemand hem willen hebben. Zonder het zelf echt door te hebben, liep hij de klippen op en even bleef hij verbaasd staan en keek even achterom. Om bij de klippen te komen moest je redelijk hard bergop gaan, waarom had hij dan niet door gehad dat het ineens moeilijker werd om te lopen? Ach ja, hij was er nog niet afgeflikkerd dus zo'n ramp was het niet. Verend op zijn voeten liep Zachery weer verder, deze keer iets sneller dan daarnet. Eenmaal boven op de klippen aangekomen kneep hij zijn ogen even tot spleetjes toen het waterige zonnetje recht in zijn gezicht scheen. Het was herfst, dus kouder dan anders. Een lichte frons verscheen op zijn voorhoofd toen hij een meisje aan de rand van de klip zag staan. Voorzichtig duwde hij de koptelefoon van zijn hoofd zodat deze om zijn nek hing en liep op het meisje af. "Ben je van plan om te springen ofzo?"Vragend keek hij haar aan terwijl de wind wat met zijn haren speelde en wachtte geduldig op een antwoord.
>>Gwen
>>Gwen