Quinn draafde op haar nieuwe paard Kyanos, haar moeder had het voor haar gekocht. Het verleden van Kyanos was niet zo geweldig. Ze hadden op een oude manier van temmen Kyanos zadelmak gemaakt. Ze hadden Kyanos vastgebonden aan een paal en hem geslagen met zware zakken. Het zwarte springpaard was heel bang geweest toen hij bij Quinn kwam. Maar Quinn had geleerd van haar neef Jonas dat je een paard tijd moest geven voor dat je hem ging berijden. Dat was Quinn gelukt. Ze had hem alle zorg gegeven die hij nodig had, Kyanos was een stuk veranderd. En nu waren ze aan het rijden. Ze reden op een ruiterpad dat leed naar De duinen. Het was daar altijd heel mooi als de zon onder ging. Waarschijnlijk ging ze daar alleen zijn. Er was namelijk nooit veel volk bij de Duinen als het regenachtig weer was. Maar Quinn kon het gewoon niet laten om Kyanos mee naar buiten te nemen. Het ruiterpad was best lang, dus ze kon makkelijk een galopje doen. Er lagen wel een paar boomstammen in de weg, maar dat zou Kyanos waarschijnlijk niet zo erg vinden. Quinn spoorde Kyanos aan. "Toe maar, jongen!" Kyanos spitste zijn oren en vloog sierlijk in een galop aan. Hij spitste zijn oren en versnelde zijn tempo nog een beetje toen hij een hindernis zag, of beter een boomstam. Hij zette zich af en sprong over de boomstam heen. Quinn liet hem gewoon verder galopperen. Hij spitste zijn oren weer toen hij de volgende hindernis zag, hij versnelde deze keer zijn tempo weer, hij was net een trein. Quinn lachte en liet hem gewoon doen. Hij sprong weer over de hindernis heen en hief speels en trots zijn hoofd in de lucht toen ze terug naar draf gingen. "Kyanos, wat ben je een uitslover!" Lachte Quinn en klopte op zijn hals. Kyanos hief zijn staart op en draafde trots verder. Quinn zag de zon schijnen door het bos, dat betekende dat ze bij de duinen gearriveerd waren. Na twee minuutjes was Kyanos zijn trotsheid voorbij en begonnen ze het zand onder hun voeten te voelen. Quinn stapte af en maakte de teugel van Kyanos los en gebruikte hem nu als leidtouw. Kyanos stapte vlot met haar mee. Na een tijdje stappen vond Quinn een boom en bond Kyanos daar handig aan vast. Het was fijn om nog eens te kunnen paardrijden zonder dat iemand zegt: 'Quinn, laat dat paard toch een beetje rusten.' 'Quinn, gaan we niet beter daarheen?' Nee, nu kon ze zelf beslissen waar ze naartoe kon gaan of wat ze met haar paard deed. Ze had de knoop van Kyanos redelijk laag gehangen, dan kon Kyanos -als hij wilde- gaan liggen. Quinn ging zitten en pakte uit haar tas een boterham met confituur. Kyanos rook eraan en duwde telkens zijn neus tegen haar hand. "Wil jij ook een beetje eten, jongen?" Vroeg Quinn aan het paard. Kyanos trok zijn hoofd terug en schudde heftig met zijn hoofd. "Ja, ja, jij krijgt ook wat, natuurlijk heb ik ook aan jou gedacht!" Zei Quinn en haalde uit haar tas een knalrode appel die ze aan Kyanos gaf. Kyanos beet met tegenzin in de appel. "Het is ook altijd hetzelfde, hé? Jij wilt liever de boterham, hé? Kyanos brieste en liet zijn hoofd hangen. Hij zakte met zijn voorbenen op de grond en ging daarna met zijn achterbenen ook op de grond liggen. Kyanos & Quinn waren ondertussen al hele goede maatjes geworden, en Kyanos vond dat prima. Want hij was ondertussen al erg gehecht geraakt aan Quinn. Ze was blij dat haar paard zo goed meewerkte! En ze was nog gelukkiger als ze het dressuurpaard Topaz kreeg, maar dat was nog niet zeker. Quinn aaide Kyanos over zijn hoofdje en gaf hem een stukje van haar boterham, maar nu had hij ook geen honger meer. Maar toch ad hij het stukje brood op. Quinn glimlachte. "En, Kyanos. Heb jij al een vriendinnetje?" Vroeg Quinn aan het paard. Kyanos zuchtte diep ad zijn laatste stukje appel op. "Ik niet, en dat ben ook nog niet van plan." Zei ze en stond op. "Kom je jongen? Dan gaan we nog even een paar ruiterpaden zoeken waar je je talent kan showen." Zei Quinn. Het leek alsof Kyanos haar begreep want hij stond op. Quinn maakte zijn touw los en maakte er terug een teugel van. Kyanos spitste zijn oren terwijl Quinn terug opstapte. "Kom, dan gaan we nog wat rond rijden." Zei Quinn tegen het paard. Terwijl ze op hem zat keek ze nog even rond, het was hier zo mooi.
[Open voor Iedereen!]
[Open voor Iedereen!]