Kort keek Brian op zijn horloge. Fuck, hij had nog maar vijf minuten! Zijn blik gleed door de straat heen en na de situatie goed te hebben bekeken, begon hij te rennen. Kriskras door alle mensen heen die op straat liepen, over hekjes heen springend, onder boomtakken door, door de smalle steegjes en over de kleine muurtjes. Hijgend stond hij nu voor de ingang van de kliniek en een sarcastische grijns verscheen rond zijn lippen. Hij had weer therapie vandaag, iets waar hij altijd tegenop zag. Daarom was hij vaak te laat. Maar het hinderde niet, vond hij, want tot nu toe was hij altijd op komen dagen.
In een langzame tred, nog nahijgend van de korte inspanning, liep hij het gebouw binnen. Een medewerker van de balie begroette hem en hij stak vriendelijk zijn hand op. Ze konden hem al, hij hoefde zich nu dus niet meer aan te melden. "Ze komt zo, Brian, ga maar even zitten en wachten." Hij knikte weer, wandelde naar de wachtkamer, begroette de mensen die daarin zaten en plofte zelf neer op zo'n debiel stoeltje. Een stoel met een afgrijselijke piep en elke beweging die je maakte, werd door anderen gehoord. Het was dat hij eraan gewend was, maar het bleef zo'n irritante toon houden.
Naast hem stond een tafeltje met boekjes en hij pakte er een uit. Verveeld begon hij te bladeren, tot hij een artikel las over stenen. Het benam hem de adem. De prachtige foto's, de goudeerlijke woorden, de nieuwe kennis. Hij zoog het dankbaar op in zijn hersenen en rond zijn mond verscheen een brede glimlach. Zijn ogen begonnen te twinkelen en zelf voelde hij zich helemaal warm worden. Het was net verliefd zijn, alleen dan op een hobby. Het bracht in ieder geval zo'n zelfde roes mee.
"Brian?" Een zachte stem deed hem opkijken. Een jong meisje, misschien net iets ouder dan hij, stond voor hem. Haar mahoniebruine haren en donkerblauwe ogen gaven een reactie in zijn hele lichaam. Wie was zij en waarom kwam ze hem halen? Ze glimlachte verlegen naar hem en keek toen naar de vloer. Oh... Misschien was dan dit het meisje waar zijn psycholoog het over had gehad. Het meisje waarmee hij bepaalde oefeningen samen zou krijgen. Ze zag er leuk uit... Als ze zich nou ook leuk gedroeg.
"Eh..." begon ze, net op het moment dat hij wat wou zeggen. Ze maakte oogcontact en ze begonnen tegelijk te lachen. "Ik ben dus Melanie," lachte ze, een van haar stralendste glimlachen. Brian kon er niets aan doen, maar hij glimlachte automatisch terug. "Leuk om je te ontmoeten, Melanie," zei hij vriendelijk. Hij pakte haar hand vast en schudde die met beide handen terwijl hij haar enigsinds ernstig aankeek. Beiden grijnsden ze, bleven ze naar elkaar kijken, tot een gekuch ze op deed kijken.
"Niet om gemeen te zijn," lachte mevrouw Rodenberg. "Maar je bleef zo lang weg, Melanie!" Melanie schonk ook mevrouw Rodenberg een prachtige glimlach waarbij haar hele gezicht straalde. "Oh sorry mevrouw," zei ze. "Ik werd afgeleid door Brian." Een bond was tussen twee jonge mensen ontstaan als vanzelf en Brian kon niet benoemen wat het was. Misschien haar aandoenlijke glimlach, haar geweldige ogen of die gekke sproetjes? Hij wist het niet. Hij wist wel dat er iets tussen hen was. Een bepaalde chemie. Iets wat mevrouw Rodenberg natuurlijk allang had voorspeld.
"Kom toch vooral verder, Brian en Melanie. Ik wist niet dat jullie elkaar al konden?" Brian zweeg, maar Melanie begon te vertellen dat ze elkaar niet konden. Maar er zat een ondertoon in. Het gevoel was er namelijk wel. Brian had echt hevig het gevoel dat ze elkaar wel konden. Maar dat ging hij hun natuurlijk niet aan hun neus hangen. Ze liepen het kamertje in waar Brian al voor tig gesprekken had gezeten. Of hij er al met al mee opgeschoten was? Wist hij veel. Mevrouw Rodenberg was wel oké, en met haar had hij geen moeite, maar met voorafgaande psychologen had hij wel degelijk moeite gehad. Die behandelmethodes liepen niet lekker met hoe hij was. Hij was geen kind van acht dat aan zijn hand moest worden vastgehouden. Hij was zeventien, geen acht! Hij kon best zelfstandig zijn, al ging dat op sommige momenten beter dan de andere momenten. Ach ja. Nu liep hij zwijgend achter mevrouw Rodenberg aan. Normaal gesproken praatten ze nu al tegen elkaar, maar ze was hevig in gesprek met Melanie en Brian had geen zin om er tussen te komen. Vandaag had hij al geen zin gehad in therapie, maar nu met de komst van Melanie... Het was dubbel allemaal.
"Dus, wat wil ik volgende keer zien?" mevrouw Rodenberg keek het tweetal quasi-streng aan. Brian onderdrukte de neiging om met zijn ogen te rollen. "Huiswerk, drie positieve dingen van elke dag van de week," lepelde Melanie braaf op. Ze keek hem even doordringend aan en hij glimlachte schaapachtig. Ze hing hem nu al de keel uit. Het was het perfecte meisje, altijd in voor alle dingen, deed altijd moeite voor dingen en was gewoon zo braaf... Niet dat Brian nou het type was om dingen te slopen. Hij ontweek haar blik toen zij weer eens naar hem keek en zij zuchtte diep.
"Luister 'ns, Brian," fluisterde ze zachtjes, even schuw achter haar rug om kijkend. "Ik zit hier niet voor mijn lol, jij ook niet. Als ik deze therapie niet doorloop, heb ik een fucking groot probleem. Want nu denken mijn ouders dat ik van mijn appel afgeholpen word." Ze trok haar mouw omhoog en Brian verbleekte. "Maar mijn appel verdwijnt niet door zo'n debiele therapie. Ik laat het ze maar denken. Scheelt hun een zorg, scheelt mij een zorg. En vooral mijn ouders." Even streek ze met haar vingertoppen over Brians wang en glimlachte. "Maar ik geloof niet dat jij zo'n type bent. Dus, zit niet zo over mij te peinzen, Brians. Ik ben niet makkelijk, niet braaf, ik ben gewoon Mel." Ze gaf hem een kus op zijn wang en liep weg, zonder achterom te kijken. Brian wist niet wat hij ervan moest denken. Melanie was zo totaal niet het type om zichzelf te snijden. Maar aan de andere kant.. het verklaarde haar debiele gedrag wel.. Zou hij het aan mevrouw Rodenburg vertellen? Nee, liever niet.
Hij was vrij! Althans, hij had vandaag zijn therapie gehad, wat betekende dat hij nu weer kon doen wat hij wou. Even dacht hij na. Iets wat hij al tijden wou doen was een flinke wandeling maken. Echt flink. Dus de reis met het openbaar vervoer was zo gemaakt en toen hij uitstapte bij zijn favoriete wandelgebied, snoof hij de lucht diep in. Dit was leven! Beweging, goede lucht, en lekker veel stof tot nadenken.
Hij had al een kwartier gelopen tot er een pitbull aan kwam rennen. Hij stoof op Brian af en Brian krabbelde achteruit. Hij had het niet zo op honden.
"Koest, jongen!" riep hij dan ook, terwijl hij terugdeinsde. De hond deed alles behalve terugdeinzen en begon hevig te kwispelen. "Ga terug naar baas!" probeerde Brian, terwijl zijn stem trilde. "TERUG!" riep hij nu. Hij slikte, en haalde opgelucht adem toen er een meisje uit de struiken vandaan kwam. Ze riep de hond bij zich en die ging dan ook haast direct naast haar zitten. Een hele opluchting, Brian was weer veilig. Opgelucht liet hij lucht uit zijn keel ontsnappen en keek toen naar het meisje.
"Nee, nee..." zei hij aarzelend. "Hij heeft me niet omver geduwd. Ik ben oké.. Echt.. Alleen heb ik het niet zo op honden." Brian zag inderdaad wit rond zijn neus, maar er kon een klein, mager glimlachje vanaf. "Ik ben trouwens Brian," stelde hij zichzelf voor, terwijl hij zijn hand uitstak. Toch bleef hij de hond, die Junior heette, angstvallig vermijden.