De man kwam, zomaar in de nacht. De paarden snapte er niks van, en gingen door met doezelen of gingen zachtjes aan hun hooi knabbelen. De man deed geen licht aan, dat zou hij wel moeten doen anders kon hij helemaal niks zien. Bleaz hield hem heel goed in de gaten. Alle hoofden van de paarden schoten omhoog toen er een klein fonkje de stal verlichten. Het fonkje vloog richting de hooi berg, en de hele hooi berg vloog in de brand. De man ging heel snel weg en liet de hooi berg fikken. De brand werd steeds groter en groter. Alle paarden hinnikte en strapte tegen de stal deuren. Bleaz hinnikte bang en schril en het wit van zijn ogen was te zien. Hij draaide en trapte tegen de deur aan. Het lukte niet om de deur open te maken. Al snel kwam er al iemand en deed het licht aan. Het was de baas van de stal. Hij riep hard en al snel kwamen er nog meer mensen. Ze rende naar de stallen en maakte die open. De paarden galoppeerde naar buiten en begonnen te grazen op het veldje. Het hek stond open want er kwam al snel een brandweer aan, gevolgd door politie auto's. Bleaz wou en kon niet stoppen. Hij was veel te bang. De haflinger glipte door het hek heen en galoppeerde. Hij galoppeerde zo ver als mogelijk.
Toen hij uitgeput was stopte hij. Bleaz hijgde als een gek en kon eventjes niks meer. Toen het ietsje beter ging, nam hij de omgeving in hem op. Het was nog steeds heel donker. Hij zag wat trein stellen staan, maar het zag er erg verlaten uit. Hij kalmeerde zich zelf en begon wat te eten.
Olivia
Toen hij uitgeput was stopte hij. Bleaz hijgde als een gek en kon eventjes niks meer. Toen het ietsje beter ging, nam hij de omgeving in hem op. Het was nog steeds heel donker. Hij zag wat trein stellen staan, maar het zag er erg verlaten uit. Hij kalmeerde zich zelf en begon wat te eten.
Olivia