Profiel Partner: Dating a cute little shit. Leeftijd: 23
THEN I SHALL POST IT HERE AS WELL.
dit was mijn soundtrack
Met grote passen sprintte Kael de smalle, oude straatjes door. De donkere lucht boven hem leek extra dreiging toe te voegen. Achter hem hoorde hij stemmen en hij versnelde zijn passen. Shit. Shit, shit, shit. Hij sloeg een straatje in en voor hem doemde een hekje op. Hij zette zich af en met een arm op het hekje steunend zeilde hij eroverheen, om aan de andere kant, waar de weg nu omlaag liep, te struikelen. Hij rolde onvrijwillig een stukje door over de stenen, maar krabbelde toen haastig weer overeind. De steken in zijn zij waren amper te negeren en als hij een keuze had gehad was hij tot stilstand gekomen. Maar die had hij niet. Niet met dit soort volk achter hem aan. Hij sloeg rechtsaf en kwam slippend tot stilstand, met zijn hart in zijn keel. Het liep dood. Hij keek nerveus over zijn schouder. Zijn achtervolgers kwamen hoorbaar dichterbij vergezeld door de kans dat hij in het gunstigste geval al zijn pasjes zou moeten blokkeren. En toen zag hij ze. Hij klom onhandig op een van de grote afvalcontainers en kon zo net bij de rand van het gebouwtje. Hij keek weer om toen hij een kreet hoorde. Ze hadden hem gezien en stonden in een oogwenk aan het begin van het straatje waar hij nu stond te balanceren. Zonder nog te aarzelen greep hij de rand van het dak, wensend dat die recent schoon was gemaakt, en hees zichzelf moeizaam op, zich afzettend tegen de muur. Zijn broek scheurde bij de knie, maar hij was boven. "Er achteraan!" gestommel bij de afvalbakken. Kael stond nu op een platdak. Hij begon te rennen. Aan de andere kant was de afstand naar het volgende dak miniem. Zich vaag bewust van het feit dat hij zonder twijfel knettergek moest zijn om dit te doen zette Kael zich af en in volle vaart vloog hij even door de lucht, een dikke drie meter boven de grond, als hij het goed inschatte. Toen lande hij op het andere dak. Voor de tweede keer in een paar minuten rolde hij weer door. Te ver. Er was even niets onder hem, maar toen landde hij behoorlijk onzacht tussen een grote verscheidenheid aan dozen. Hij kreunde van de pijn, maar kwam toch overeind. Hij was er nog niet. Terwijl hij weer verder begon te rennen, ook al begon hij uitgeput te raken, keek hij om zich heen. Er moest toch een manier zijn om ze af te schudden? Hij haastte zich onder een viaduct door waar het zeer sterk naar urine rook, met alweer de vertrouwde geluiden van zijn achtervolgers achter hem. Als hij nu niet snel een uitweg vond was het met hem gedaan. Hij was kapot, maar zij leken nog aardig energiek. Hij keek om. Ze waren al een heel stuk dichterbij en leken daar door aangemoedigd. Hij keek weer voor zich, maar het was te laat. Met zijn voet bleef hij ergens achter haken en hij schoof over de grond. Nog voor hij overeind kon komen waren ze bij hem, werd hij tegen de grond gedrukt. Ze verspilden geen tijd. Op hoeveel plekken hij tegelijk werd geraakt wist Kael niet, maar het was zo over. Na nog geen halve minuut waren ze weg, inclusief zijn telefoon en portemonnee en lag hij motieloos met een bebloed gezicht op de grond, balancerend op het randje van bewustzijn. Rowan, hij moest Rowan zien te bereiken, maar hoe? Hij probeerde tevergeefs om overeind te komen en hoestte. Hij kon alleen maar hopen dat Rowan hem zo vinden. Want die wist hem altijd te vinden. Zijn ogen zakten dicht. Uit de donkere wolken vielen de eerste druppels, maar Kael merkte het niet.
Profiel Partner: Dating some handsome asshole :: Kael Leeftijd: 21
Dan post ik mijn ding ook maar hier.
Luister dit alstublieft even onder het lezen.
‘Tegen wie praat je?’ Rowans hoofd schoot omhoog toen de deur van het appartement achter Kael dicht viel. ‘Niemand.’ Hij zat op de hoek van de bank, zijn capuchon half over zijn hoofd getrokken en zijn kin op zijn knieën. ‘Je moet hem de waarheid vertellen,’ zei Emili scherp, die achter Kael op de eettafel zat. ‘Maak dat een ander wijs.’ Kaels normaal zo flamboyante manier van doen was verdwenen. ‘Heb je je medicatie wel genomen?’ ‘Rowan. Hoor je überhaupt wat ik zeg?’ ‘Jawel.’ Elke keer als Kael hem probeerde aan te kijken draaide hij koppig zijn hoofd weg. ‘Waarom zeg je het hem gewoon niet?’ Emili was naast Kael gaan staan. ‘Hij komt er toch wel achter.’ ‘Omdat ik -’ ‘Omdat je wat?’ Kael keek hem fronsend aan. ‘Praat je tegen Emili?’ ‘Nee, ik -’ ‘Lieg niet.’ Nu pas keek Rowan naar hem op en liet zijn voeten van de bank glijden. ‘Ik lieg niet.’ Zijn stem trilde. Hij zag niet hoe Kael langzaam zijn geduld begon te verliezen. ‘Je praat al dagen tegen jezelf, en pas als ik de kamer binnen kom is er niets aan de hand.’ Hij was even stil. ‘Je huilde gisteren in je slaap.’ Rowan bevroor even, zijn blik op zijn handen gericht. De stemmen in zijn hoofd waren weer begonnen met fluisteren. Hij haat je. Je bent gestoord, Rowan Riderhood. Je bent gek. ‘Ik wil dat je me vertelt wat er aan de hand is!’ Hij liegt tegen je, hij geeft niets om je. Val dood, Rowan. Je bent bang. Hij haat je. ‘Rowan?’ Hij was er zich niet van bewust dat hij overeind was gekomen. Hij had zijn handen tegen zijn oren gedrukt, in een poging het sissende gefluister buiten te sluiten. Hij is net als je vader. Hij haat je. Je bent gestoord. Hij gebruikt je. ‘Hou – hou op.’ De kamer draaide om hem heen. Je bent zo goed als dood. Hij liegt tegen je, hij is bang voor je. Ze schreeuwen naar je, ze zijn bang voor je, ze haten je. Je bent – ‘IK BEN NIET GEK!’ De vloer kwam angstaanjagend snel dichter bij, maar een harde hand sloot zich om zijn bovenarm en trok hem terug omhoog. ‘Laat me -’ Hij deed een poging om zich los te rukken, maar de handen waren sterker en pinden hem tegen de muur. ‘Rowan, luister naar me -’ Zijn hoofd voelde zwaar aan, alsof de stemmen hem tegen de grond wilden werken. Je bent krankzinnig. Je hoort in een gekkenhuis, Rowan Riderhood. Hij haat je. Hij liegt tegen je. Hij haat je – Dat was het moment dat hij brak. De stemmen werden luider en luider terwijl hij langzaam tegen de muur in elkaar zakte. Kaels stem leek van heel ver weg te komen, maar hij kon zijn gezicht niet meer herkennen door de waas die voor zijn ogen hing. Val toch dood, Rowan.