De zomen van zijn iets te lange broekspijpen raakten de grond en zogen water op waardoor zijn pijpen tot halverwege zijn kuiten doorweekt waren. Van boven was het niet anders; door de regen die met bakken uit de lucht kwam was Seth's shirt weinig droger. Hij slofte met lage schouders door de hoofdstraat. Zijn fiets was kapot en een ander middel van vervoer had hij niet, dus het was lopen. Hij was niet het type om te gaan zitten schuilen; hoe eerder hij uit de binnenstad was, hoe gelukkiger hij was. Hij hield niet van drukte, het maakte hem zo verschrikkelijk nerveus.
De banden van zijn rugzak gleden een beetje van zijn schouders en hij hees ze resoluut weer op. Ondanks zijn lichtelijk gespierde postuur kwam Seth niet imposant over; zijn houding verried dat hij zich niet snel op zijn gemak voelde. Hij was wat je mensenschuw noemde.
Het zeiknatte, donkere shirt dat hij droeg plakte erg onaangenaam aan zijn lijf.
Hij passeerde een winkel. Plotseling kwam er een vrouw naar buiten die recht op hem afliep. Hij verstarde; moest hij vlug doorlopen of- Maar ze was al bij hem. Ze reikte hem iets aan wat op een ingevouwen paraplu leek. Verbaasd en aarzelend nam Seth het ding aan en hij glimlachte onzeker.
"Hier jongen, je bent zo te zien al nat, maar dan wordt het in elk geval niet erger."
Seth stamelde een mompelend bedankje en opende de paraplu. Het ding leek wat aan de oude kant maar verder in prima conditie en Seth was opgelucht, deels omdat deze vrouw gewoon sympathiek bleek te zijn en deels omdat hij nu in elk geval niet nog meer koud water op zijn lijf zou krijgen.
"Moet je nog erg ver?"
Seth schudde zijn hoofd. Zijn donkerblonde, iets te lange haar bewoog niet mee; het zat onprettig aan zijn gelaat geplakt.
"Ik woon in Merchantslane," verduidelijkte hij. Het was een wijk in de buurt van het centrum; kaal, onopvallend en goedkoop, maar prima voor de schuwe jongen.
"Dat is wel te doen ja. Nou, wel thuis dan," zei de vrouw hartelijk en ze klopte Seth op zijn schouder, om vervolgens terug te keren naar haar winkel.
Seth liep verder, nu onder de paraplu. De straat maakte een bocht en.. wegopbreking. Seth mompelde een verwensing; hij kende eigenlijk nog geen alternatieve route, aangezien hij sinds hij hier woonde altijd zijn vaste routes had gelopen.
Seth was niet zo dol op verassingen. Erop inspelen vond hij veelal lastig, omdat het hem vaak in ongemakkelijke situaties bracht en hij sociaal toch al niet zo'n licht in de duisternis was. Hij slikte. En nu? Hij keek rond om te zien of er mensen in de straat waren waar hij op af durfde te stappen; hij kon maar het beste even zijn grenzen verleggen en het vragen voor hij hopeloos verdwaalde, al was dit wel iets wat hij niet makkelijk vond.
Hoewel er eigenlijk niet vaak geweld op Seth toe was gepast was hij waar hij vandaan kwam wel nogal een underdog, waardoor hij eigenlijk niet goed naar voren durfde te treden bij vreemden en niet makkelijk contact maakte. Hoewel enige vriendelijkheid wonderen bij de jongen deed bleef het een feit dat hij wat beschadigd was, zij het niet op een fysieke manier.
Hij trok zijn schouders iets op toen een koude rilling door zijn lijf ging. Hij had behoefte aan een warme douche, een dik vest en lekker met zijn laptop in een luie stoel zitten. Maar niets van dat alles was hier en nu op hem van toepassing, dus hij zou uit zijn comfortzone moeten zien te treden. Shit. Hij schaamde zich voor zichzelf; hij was voor de wet volwassen en hij durfde niet even iemand op straat aan te spreken? Wat voor faal was hij? Hij beet op zijn lip en kwam aarzelend in beweging.
De banden van zijn rugzak gleden een beetje van zijn schouders en hij hees ze resoluut weer op. Ondanks zijn lichtelijk gespierde postuur kwam Seth niet imposant over; zijn houding verried dat hij zich niet snel op zijn gemak voelde. Hij was wat je mensenschuw noemde.
Het zeiknatte, donkere shirt dat hij droeg plakte erg onaangenaam aan zijn lijf.
Hij passeerde een winkel. Plotseling kwam er een vrouw naar buiten die recht op hem afliep. Hij verstarde; moest hij vlug doorlopen of- Maar ze was al bij hem. Ze reikte hem iets aan wat op een ingevouwen paraplu leek. Verbaasd en aarzelend nam Seth het ding aan en hij glimlachte onzeker.
"Hier jongen, je bent zo te zien al nat, maar dan wordt het in elk geval niet erger."
Seth stamelde een mompelend bedankje en opende de paraplu. Het ding leek wat aan de oude kant maar verder in prima conditie en Seth was opgelucht, deels omdat deze vrouw gewoon sympathiek bleek te zijn en deels omdat hij nu in elk geval niet nog meer koud water op zijn lijf zou krijgen.
"Moet je nog erg ver?"
Seth schudde zijn hoofd. Zijn donkerblonde, iets te lange haar bewoog niet mee; het zat onprettig aan zijn gelaat geplakt.
"Ik woon in Merchantslane," verduidelijkte hij. Het was een wijk in de buurt van het centrum; kaal, onopvallend en goedkoop, maar prima voor de schuwe jongen.
"Dat is wel te doen ja. Nou, wel thuis dan," zei de vrouw hartelijk en ze klopte Seth op zijn schouder, om vervolgens terug te keren naar haar winkel.
Seth liep verder, nu onder de paraplu. De straat maakte een bocht en.. wegopbreking. Seth mompelde een verwensing; hij kende eigenlijk nog geen alternatieve route, aangezien hij sinds hij hier woonde altijd zijn vaste routes had gelopen.
Seth was niet zo dol op verassingen. Erop inspelen vond hij veelal lastig, omdat het hem vaak in ongemakkelijke situaties bracht en hij sociaal toch al niet zo'n licht in de duisternis was. Hij slikte. En nu? Hij keek rond om te zien of er mensen in de straat waren waar hij op af durfde te stappen; hij kon maar het beste even zijn grenzen verleggen en het vragen voor hij hopeloos verdwaalde, al was dit wel iets wat hij niet makkelijk vond.
Hoewel er eigenlijk niet vaak geweld op Seth toe was gepast was hij waar hij vandaan kwam wel nogal een underdog, waardoor hij eigenlijk niet goed naar voren durfde te treden bij vreemden en niet makkelijk contact maakte. Hoewel enige vriendelijkheid wonderen bij de jongen deed bleef het een feit dat hij wat beschadigd was, zij het niet op een fysieke manier.
Hij trok zijn schouders iets op toen een koude rilling door zijn lijf ging. Hij had behoefte aan een warme douche, een dik vest en lekker met zijn laptop in een luie stoel zitten. Maar niets van dat alles was hier en nu op hem van toepassing, dus hij zou uit zijn comfortzone moeten zien te treden. Shit. Hij schaamde zich voor zichzelf; hij was voor de wet volwassen en hij durfde niet even iemand op straat aan te spreken? Wat voor faal was hij? Hij beet op zijn lip en kwam aarzelend in beweging.