Een frisse bries ging tussen de wegen door. Bloemblaadjes vlogen in de rondte, vogeltjes die vrolijk floten en Mido liep doelloos over straat. Hij had zo’n vaag vermoede dat hij iets moest doen vandaag dus hij liep naar de paardenmarkt. Melanie had gevraagd of hij nog wilde kijken of er nog leuke spulletjes waren voor paarden dus hij ging maar eens kijken of hij nog iets goedkoops kon score voor haar en voor zijn manege. Fluitend liep hij richting de markt. De markt was weer eens bezaait met allemaal mensen en keuring personeel. Mido trok een wenkbrauw op. Hij vroeg zich altijd al af waarom die mensen eigenlijk rond lopen als ze hun werk toch niet echt goed doen.. Ze kijken wel naar de uitgemergelde beesten.. maar ze doen er voor de rest toch niets mee waarom zou je dan in godsnaam langskomen? Bull shit dus! Mido liep over de markt en bekeek hier en daar wat kraampjes. “Zoekt u iets speciaals?” vroegen de verkopers. Mido had elke keer nee geschud en gewoon verder gekeken zonder naar hun aansmeer truckjes te luisteren. Daar was Mido goed in, maar als zijn vriendin mee was! Ai.. Dan had hij waarschijnlijk allemaal spullen die mee moesten. Met aansmeer truckjes als : “Het is voor het goede doel mevrouw!”. Mido vond dat altijd al een rot smoes om iemand iets te verkopen want het ging 9 van de 10 keer toch in eigen portemonnee! Mido gaapte even en liep weer verder. Hij smste zijn vriendin dat er niets leuks was. In ieder geval tot nu toe. Mido stopte even voor een kraampje waarop stond “Help de mishandelde paarden!”. Mido stopte een briefje van 50 in de pot en liep toen weer door. Hij liep weer verder en liep naar een kraampje waar hij zadels zag staan. Het waren voornamelijk spring of jockey zadels. Mido moest ineens denken aan zijn eerste rit en kuchte toen even in zich zelf. Daar wilde hij absoluut niet aan terug denken.. Dat was echt de vreselijkste dag en 5 weken van zijn leven geweest! En daarna was het ook nog lang een hel geweest.. Gewoon zijn beste maatje kwijt geraakt door een stom ongeluk.. Mido keek gauw verder en hoorde ineens een schril gehinnik. Mido keek om en zag een zwarte Arabier naar hem kijken. Een vrouw keek ook zijn kant op en toen naar Mido. “Ik denk dat hij je herkent” zei de vrouw en glimlachte even. Mido keek de vrouw aan en glimlachte terug. “Zou niet weten waar van, maar het is wel een zielig beestje.. Weet u wat er met hem aan de hand is?” vroeg hij en liep naar de hengst toe. “Ze zeggen dat hij is gevonden niet ver hier vandaan.. Maar ik denk dat ze het dier op hebben gebruikt en daarna hier hebben gedumpt. Het is inderdaad een zielig paardje. De eigenares staat hier verder op te praten met een man. Misschien wilt u hem hebben?” vroeg de vrouw. Mido liep naar de hengst toe en aaide hem even over zijn neus heen. De hengst duwde zijn neus tevreden tegen Mido’s borstkast aan. “Ik denk dat je wel mee wil is het niet?” vroeg Mido glimlachend en aaide hem over zijn hals. De hengst was prachtig. Leek bijna op zijn vorige hengst. Maar deze was dan zwart. Zijn vorige hengst was spierwit geweest, die heeft het alleen niet overleefd toen hij koliek kreeg.. Mido was er kapot van geweest. Hij had beter op hem moeten passen zei hij dan tegen iedereen en dat het zijn schuld was geweest. Mido had zich echt maanden lang schuldig gevoelt totdat Melanie zei dat paarden ook spontaan Koliek konden krijgen. En dat het niet altijd aan een bepaalde rede licht. Mido had het opgezocht en verder onderzocht en dit bleek een beetje waar te zijn. Zuchtend had hij toen afscheid genomen van zijn paard op de heuvel die hij daar had begraven en daar een prachtige steen neer gelegd. Mido keek de hengst na. Hij had Wormen, last van ondergewicht en zijn hoeven zagen er ook al niet al te best uit. Mido murmelde iets en liep toen naar de eigenaar toe. De vrouw keerde hem de rug toe. “Ik verkoop hem alleen voor een goede prijs”. Mido trok een wenkbrauw op en liep terug naar de hengst toe en maakte hem los van de paal. De hengst drukte zijn neus tegen zijn borst aan. Mido glimlachte naar de hengst. “Ja, je gaat met mij mee jongen” zei hij zachtjes en kriebelde het dier achter de oor. De eigenaar kwam woedend aangelopen. “Houd de dief Houd de dief!” riep ze. Mido pakte zijn penning. “In de naam van de wet neem ik dier in beslag” zei Mido en keek de vrouw vuil aan en liep zonder pardon met de hengst er vandoor. De hengst liep mank en stroef maar hij zat vol energie. Mido vond het maar een raar beestje.
Na 10 minuten te hebben gelopen liep hij het erf van zijn huis op en ging verder in het gras lopen zodat de hengst minder last had van zijn hoeven. Hij begon gelijk aan het touw te trekken en ging grazen van het groene gras. “Ja, jij zal vast wel honger hebben..” gniffelde Mido. Mido deed het hek dicht en rende zijn huis binnen en haalde zijn tas. Hij liep terug naar de hengst en maakte hem met een halstertouw vast aan een boom. Ook dit liet de hengst toe. Mido aaide de hengst over zijn hals en liet zijn hand over zijn buik heen glijden en toen terug naar zijn voorbenen naar beneden en tilde zijn been omhoog om zijn hoef te controleren. De Hoefijzers waren er van af en zijn hoef was te erg door gegroeid. Mido pakte zijn mobiel en belde zijn vriend Scot. Mido klopte de hengst op zijn hals. “Er komt iemand je zo helpen hoor jochie.. Het komt goed” glimlachte hij. Mido gaf de hengst iets tegen de wormen. Dit ging lastiger. De hengst kreeg door dat Mido een veearts was en dat vond hij niet leuk. Hij hield zijn hoofd hoog en wilde eigenlijk gaan steigeren. “Hooo jongen hoo! Ik doe je geen kwaad” zei mido sussend. Op dat moment kwam scot aangereden in zijn jeep. Hij stopte voor het hek. “Het is een mooi beestje watje daar hebt!” riep hij. Mido grijnsde en deed het hek voor hem open. “Jup, die hoeven zien er niet uit mijn vriend.. Ik ga ze terplekke bekappen..” murmelde hij zachtjes. Hij ging zijn spullen pakken. Mido aaide de hengst over zijn hals heen. “Het komt goed dat beloof ik je” glimlachte Mido. De hengst had zijn neus gaten open gesperd en zag er niet relaxed uit zoals hij daar voor was. Scot bekapte de hoeven en deed er nieuwe hoefijzers om heen. Na een uurtje was hij klaar. Mido bedankte hem en liet hem weer uit. Mido liep terug naar de hengst die al weer aan het grazen was. Mido grijnsde en maakte de hengst los en liep naar de stallen waar hij hem zijn stal toewees. “Gaat u gang meneer” grijnsde hij en deed de boxdeur dicht. Tevreden ging hij in het hooi liggen en keek Mido aan. Mido glimlachte en liep weg. De hengst ging staan en hinnikte naar hem. “Ik kom zo terug gekkie” grijnsde hij en liep naar de voederhok. Daar haalde hij twee emmers vol met eten en ging de paarden eten geven. Mido gaf De hengst speciaal voer. “Dat is beter voor je” glimlachte hij. “Anders krijg je straks buikpijn” gniffelde hij. Mido ging zitten op een strobaal in de stal van de hengst die rustig aan zijn eten begon te sabbelen. Hij hield Mido in de gaten via zijn oog hoeken, maar gevaarlijk was de hengst niet. Iet wat Schuw, maar dat was volkome logisch na wat hij had mee gemaakt. Mido begreep die mensen af en toe echt niet hoe sommige mensen paarden zo konden afranselen. De hengst draaide zijn rechterflank de andere kant op en ineens zag Mido iets zitten. Het was een merkje in zijn vacht. Mido stond op en bekeek het. Mido's gezicht werd lijk bleek. Dat kon niet.. Ze hadden hem toch.. Maar .. dit was hem echt.. "Tornado?" vroeg hij zachtjes. De hengst draaide zijn oortjes naar achter en keek hem nieuwsgierig aan. Zijn ogen leken bijna te vragen "Ja?". Mido keek met een verbaasd gezicht naar de hengst voor hem. "Maar.. Hoe.. Hoe kan dat?" stammelde hij. Mido knielde neer langs de been van de hengst en zag daar het litteken van de springbalk die hij was opgelopen toen de balk ineens versplinterde door zijn hoef die er tegen aan was geknalt. Mido's ogen werden groot. Hij stond op en vloog de hengst rond zijn hals en duwde zijn gezicht in de hals van de hengst. "Ik heb je gemist maatje.." zei hij zachtjes.
- Tornado! -
Na 10 minuten te hebben gelopen liep hij het erf van zijn huis op en ging verder in het gras lopen zodat de hengst minder last had van zijn hoeven. Hij begon gelijk aan het touw te trekken en ging grazen van het groene gras. “Ja, jij zal vast wel honger hebben..” gniffelde Mido. Mido deed het hek dicht en rende zijn huis binnen en haalde zijn tas. Hij liep terug naar de hengst en maakte hem met een halstertouw vast aan een boom. Ook dit liet de hengst toe. Mido aaide de hengst over zijn hals en liet zijn hand over zijn buik heen glijden en toen terug naar zijn voorbenen naar beneden en tilde zijn been omhoog om zijn hoef te controleren. De Hoefijzers waren er van af en zijn hoef was te erg door gegroeid. Mido pakte zijn mobiel en belde zijn vriend Scot. Mido klopte de hengst op zijn hals. “Er komt iemand je zo helpen hoor jochie.. Het komt goed” glimlachte hij. Mido gaf de hengst iets tegen de wormen. Dit ging lastiger. De hengst kreeg door dat Mido een veearts was en dat vond hij niet leuk. Hij hield zijn hoofd hoog en wilde eigenlijk gaan steigeren. “Hooo jongen hoo! Ik doe je geen kwaad” zei mido sussend. Op dat moment kwam scot aangereden in zijn jeep. Hij stopte voor het hek. “Het is een mooi beestje watje daar hebt!” riep hij. Mido grijnsde en deed het hek voor hem open. “Jup, die hoeven zien er niet uit mijn vriend.. Ik ga ze terplekke bekappen..” murmelde hij zachtjes. Hij ging zijn spullen pakken. Mido aaide de hengst over zijn hals heen. “Het komt goed dat beloof ik je” glimlachte Mido. De hengst had zijn neus gaten open gesperd en zag er niet relaxed uit zoals hij daar voor was. Scot bekapte de hoeven en deed er nieuwe hoefijzers om heen. Na een uurtje was hij klaar. Mido bedankte hem en liet hem weer uit. Mido liep terug naar de hengst die al weer aan het grazen was. Mido grijnsde en maakte de hengst los en liep naar de stallen waar hij hem zijn stal toewees. “Gaat u gang meneer” grijnsde hij en deed de boxdeur dicht. Tevreden ging hij in het hooi liggen en keek Mido aan. Mido glimlachte en liep weg. De hengst ging staan en hinnikte naar hem. “Ik kom zo terug gekkie” grijnsde hij en liep naar de voederhok. Daar haalde hij twee emmers vol met eten en ging de paarden eten geven. Mido gaf De hengst speciaal voer. “Dat is beter voor je” glimlachte hij. “Anders krijg je straks buikpijn” gniffelde hij. Mido ging zitten op een strobaal in de stal van de hengst die rustig aan zijn eten begon te sabbelen. Hij hield Mido in de gaten via zijn oog hoeken, maar gevaarlijk was de hengst niet. Iet wat Schuw, maar dat was volkome logisch na wat hij had mee gemaakt. Mido begreep die mensen af en toe echt niet hoe sommige mensen paarden zo konden afranselen. De hengst draaide zijn rechterflank de andere kant op en ineens zag Mido iets zitten. Het was een merkje in zijn vacht. Mido stond op en bekeek het. Mido's gezicht werd lijk bleek. Dat kon niet.. Ze hadden hem toch.. Maar .. dit was hem echt.. "Tornado?" vroeg hij zachtjes. De hengst draaide zijn oortjes naar achter en keek hem nieuwsgierig aan. Zijn ogen leken bijna te vragen "Ja?". Mido keek met een verbaasd gezicht naar de hengst voor hem. "Maar.. Hoe.. Hoe kan dat?" stammelde hij. Mido knielde neer langs de been van de hengst en zag daar het litteken van de springbalk die hij was opgelopen toen de balk ineens versplinterde door zijn hoef die er tegen aan was geknalt. Mido's ogen werden groot. Hij stond op en vloog de hengst rond zijn hals en duwde zijn gezicht in de hals van de hengst. "Ik heb je gemist maatje.." zei hij zachtjes.
- Tornado! -